Wij gebruiken cookies om uw ervaring beter te maken. Om te voldoen aan de cookie wetgeving, vragen we uw toestemming om de cookies te plaatsen. Meer informatie.
Het cholesterolgehalte wordt bepaald met een bloedtest. Uit de bloedtest komt een waarde voor het totale cholesterol. Daarnaast worden ook het LDL-, HDL- en het triglyceridengehalte van het bloed gemeten.
LDL-cholesterol is het slechte cholesterol. Hoe lager dit is, hoe beter. De streefwaardes verschillen per persoon.
Het HDL-cholesterol is het goede cholesterol. Het helpt bij het opruimen van het cholesterol uit het bloed. Er is geen streefwaarde. Maar een hogere waarde geeft mogelijk een lager risico op hart- en vaatziekten.
Voor het triglyceridengehalte geldt geen streefwaarde. Een waarde lager dan 1,7 mmol/l wijst op een lager risico op hart- en vaatziekten.